Wat is de opzegtermijn bij uitzendwerk?
Een opzegtermijn is meestal 14 dagen, indien de opdracht over langere tijd loopt. Als het een opdracht is voor een korte of bepaalde tijd dan wordt vaak afgesproken dat je tussendoor helemaal niet op kunt zeggen. Je dient dan de opdracht af te ronden binnen de afgesproken termijn.
Voor een uitzendkracht met een contract voor bepaalde tijd, gelden wettelijk de volgende opzegtermijnen:
- contract korter dan 3 maanden: 1 week
- tussen 3 en 6 maanden: 2 weken
- langer dan 6 maanden: 1 maand
Voor het uitzendbureau geldt in dit geval de wettelijke opzegtermijn van 1 maand.
Naar boven
Wat zijn mijn rechten als uitzendkracht?
Hoe langer je bij een uitzendbureau werkt, hoe meer rechten je krijgt. Bijvoorbeeld recht op pensioen, scholing of doorbetaling van salaris. Om uit te kunnen zoeken welke rechten je hebt, moet je eerst weten in welke 'fase' je zit. Zo'n fase is ook bepalend voor je opzegtermijn. In welke fase je zit, hangt af van de tijd die je bij het uitzendbureau werkt.
De fases staan in de CAO voor uitzendkrachten (ABU-CAO).
Er zijn drie uitzendfasen:
1. Fase A
a. De uitzendkracht is werkzaam in fase A zolang deze nog niet in meer dan 78 weken voor dezelfde uitzendonderneming heeft gewerkt.
b. Fase A duurt 78 gewerkte weken*1. De uitzendkracht is niet werkzaam in fase B (zie hierna lid 2 van dit artikel) zolang nog niet in meer dan 78 weken is gewerkt voor dezelfde uitzendonderneming.
c. In fase A is de uitzendkracht steeds werkzaam op basis van een uitzendovereenkomst met uitzendbeding, tenzij uitdrukkelijk een uitzendovereenkomst voor bepaalde of onbepaalde tijd is overeengekomen.
d. De 78 weken in fase A worden doorgeteld (alleen de gewerkte weken tellen mee), zolang er geen onderbreking is van 26 weken*2 of meer tussen twee uitzendovereenkomsten. Als er wel sprake is van een onderbreking van 26 weken of meer dan begint de telling opnieuw. In afwijking van het bepaalde onder a, b en d van dit lid geldt voor uitzendkrachten van 65 jaar en ouder dat de uitzendkracht werkzaam is in fase A zolang deze nog niet in meer dan 130 weken voor dezelfde uitzendonderneming heeft gewerkt.
e. In afwijking van het bepaalde onder a, b en d van dit lid geldt voor uitzendkrachten van 65 jaar en ouder dat de uitzendkracht werkzaam is in fase A zolang deze nog niet in meer dan 130 weken voor dezelfde uitzendonderneming heeft gewerkt.
*1 In afwijking van het bepaalde in artikel 7:691 lid 1.
*2 In afwijking van artikel 7:691 lid 4 BW.
2. Fase B
a. De uitzendkracht is werkzaam in fase B zodra de uitzendovereenkomst na voltooiing van fase A wordt voortgezet, of als binnen 26 weken na voltooiing van fase A een nieuwe uitzendovereenkomst met dezelfde uitzendonderneming wordt aangegaan.
b. Fase B duurt twee jaar*1. De uitzendkracht is niet werkzaam in fase C (zie hierna lid 3 van dit artikel) zolang niet meer dan twee jaar is gewerkt in fase B en/of niet meer dan acht*2 uitzendovereenkomsten voor bepaalde tijd in fase B zijn overeengekomen met dezelfde uitzendonderneming.
c. In fase B is de uitzendkracht steeds werkzaam op basis van een uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd, tenzij uitdrukkelijk een uitzendovereenkomst voor onbepaalde tijd is overeengekomen. In fase B kan het uitzendbeding niet in de overeenkomst worden opgenomen.
d. De periode van twee jaar en het aantal van acht contracten (als bedoeld in sub b.) worden doorgeteld*3 zolang er geen onderbreking is van dertien weken*2 of meer tussen twee uitzendovereenkomsten. Als er wel sprake is van een onderbreking van dertien weken of langer - maar korter dan 26 weken - dan begint de telling van fase B opnieuw. Als er sprake is van een onderbreking tussen twee uitzendovereenkomsten van 26 weken of meer, dan begint de telling van fase A opnieuw.
e. Indien een uitzendkracht in afwijking van artikel 8 lid 1 sub a. en b. in fase B werkzaam is, zonder gebruikmaking van fase A, is de uitzendonderneming gedurende 26 weken, of zoveel korter als de uitzendkracht reeds bij dezelfde uitzendonderneming in fase A werkzaam is geweest, gerechtigd tot het uitsluiten van de loondoorbetalingsverplichting als bedoeld in artikel 9, in afwijking van lid 1 van dit artikel.
Toelichting:
In fase B is er geen sprake van een minimale duur van de uitzendovereenkomst.
*1 In afwijking van artikel 7:668a lid 1 sub a. BW. De in dit lid opgenomen termijn van drie jaar is verkort naar twee jaar.
*2 In afwijking van artikel 7:668a lid 1 sub b. BW. Het in dit lid opgenomen aantal van drie contracten is verhoogd naar acht.
*3 Dit conform artikel 7:668a lid 1 BW.
3. Fase C
a. De uitzendkracht is werkzaam in fase C zodra de uitzendovereenkomst na voltooiing van fase B wordt voortgezet, of als binnen dertien weken na voltooiing van fase B een nieuwe uitzendovereenkomst met dezelfde uitzendonderneming wordt aangegaan.
b. In fase C is de uitzendkracht steeds werkzaam op basis van een uitzendovereenkomst voor onbepaalde tijd. In fase C kan het uitzendbeding niet in de overeenkomst worden opgenomen.
c. Als na afloop van een uitzendovereenkomst voor onbepaalde tijd sprake is van een onderbreking van de werkzaamheden van korter dan 26 weken dan begint de telling van fase B opnieuw. Als er sprake is van een onderbreking van 26 weken of langer, dan begint de telling van fase A opnieuw.
d. Als een voor onbepaalde tijd aangegane uitzendovereenkomst, die anders dan door rechtsgeldige opzegging of door ontbinding door de rechter is geëindigd, éénmaal of meermalen is voortgezet met een onderbreking van niet meer dan drie maanden, is voor de beëindiging van die laatste uitzendovereenkomst voorafgaande opzegging nodig. De termijn van opzegging wordt berekend vanaf het tijdstip van totstandkoming van de uitzendovereenkomst voor onbepaalde tijd*.
*Conform artikel 7:667 lid 4 BW.
Naar boven